Grote inkomensverschillen tussen flexwerkers

< Ga terug
01-11-2016
De inkomens van flexwerkers lopen sterk uiteen en zijn gemiddeld lager dan die van vaste medewerkers. Voor een aanzienlijk deel heeft dit te maken met verschillen in bijvoorbeeld gewerkte uren, leeftijd en bedrijfstak. Ook gecorrigeerd voor dergelijke verschillen is er een behoorlijke variatie tussen de inkomens van flexwerkers en liggen deze onder die van vaste werknemers.
Gemiddeld ligt het bruto-inkomen van flexwerkers op 38% van dat van vaste werknemers, oftewel € 19.000 (in 2014). Het laagst zijn de inkomens van oproep- en invalkrachten. Zij verdienen 20% van wat vaste werknemers krijgen. Het meest verdienen flexwerkers met uitzicht op een vast contract: zij verdienen 72% van wat vaste werknemers verdienen. Voor het merendeel van de werknemers met een flexibele arbeidsrelatie geldt dat zij flexwerker uit noodzaak zijn: ze zijn nieuw bij hun huidige werkgever (38%) of het lukt hen niet om een vaste baan te bemachtigen (30%).
Vooral de arbeidsduur is van invloed op het inkomen, maar ook leeftijd en bedrijfstak spelen een grote rol. Het lage inkomen van oproepkrachten en tijdelijke werknemers zonder vaste uren hangt grotendeels samen met deze factoren. Het gaat vaak om jongeren (de helft is scholier of student) die voornamelijk werken in deeltijdbanen van minder dan 20 uur per week. Ook zijn oproepkrachten en tijdelijke werknemers relatief vaak actief in de horeca en de detailhandel, bedrijfstakken waar relatief weinig wordt verdiend.
De flexwerkers die het meest verdienen —tijdelijke werknemers met uitzicht op vast— werken daarentegen vooral voltijds; zij doen dit zelfs vaker dan vaste werknemers. Ook zijn ze gemiddeld wat ouder dan de meeste andere typen flexwerkers, maar wel jonger dan vaste werknemers. In de regel werken ze nog maar kort bij hetzelfde bedrijf. Dat hun inkomen onder dat van vaste werknemers ligt, hangt met laatstgenoemde factoren samen.
De inkomensverschillen tussen werknemers hangen voor ruim drie kwart samen met een aantal persoons- en baankenmerken. Zo spelen onder andere geslacht, leeftijd, onderwijsniveau, herkomst, arbeidsduur, bedrijfstak, bedrijfsgrootteklasse en hoeveel jaren iemand al werkt een grote rol. Als voor verschillen in deze kenmerken wordt gecorrigeerd is het inkomen het hoogst bij tijdelijke werknemers met uitzicht op vast, en het laagst voor tijdelijke werknemers zonder vaste uren: respectievelijk 83 en 51% van het inkomen van vaste werknemers. Uitzendkrachten komen uit op een inkomen van 60% van dat van vaste werknemers. Ongecorrigeerd bedraagt het gemiddelde bruto-inkomen van uitzendkrachten 47% van dat van werknemers met een vast contract.
Bron: CBS 1-11-2016